Veel gestelde vragen bij opinie- en draagvlakonderzoek
- Ipsos I&O Publiek is een onafhankelijk onderzoekbureau. We nemen de regels van representatief en betrouwbaar onderzoek in acht.
- Neutraliteit en onafhankelijkheid van Ipsos I&O zijn gewaarborgd.
- Bij opinie- en draagvlakonderzoek hebben onderzoekers van Ipsos I&O de eindredactie over vragenlijst en rapportage.
- Met onze opdrachtgevers spreken we vooraf af dat als het rapport gepubliceerd wordt het in zijn geheel gepubliceerd wordt.
- Als een opdrachtgever het onderzoek publiceert, publiceren wij het rapport (gelijktijdig) op onze website. Zie: https://www.ipsos-publiek.nl/actueel/
- Het onderzoeksrapport is altijd te downloaden op onze website via de knop “Download als PDF”, bovenin de webpagina.
- In het rapport staat een gedetailleerde verantwoording.
Opdrachtgevers
We voeren onderzoek uit in opdracht, in samenwerking met een (media-)partner of op eigen initiatief.
Als er een opdrachtgever is, vermelden we dat altijd bij het bericht op onze website. Als er geen opdrachtgever is ook.
Zetelpeilingen
Opinie- en politiek onderzoek voeren we vaak uit in opdracht van of in samenwerking met een krant (de Volkskrant, Trouw, AD, NRC) of ander medium (NOS, Binnenlands Bestuur).
Zetelpeilingen voeren we uit op eigen initiatief en kosten van Ipsos I&O.
Wij publiceren die Ipsos I&O zetelpeiling doorgaans elke derde donderdag van de maand. We presenteren de uitkomsten en de achtergronden in een online bijeenkomst te volgen via YouTube.
Ander opinieonderzoek
Verder doen we onderzoek in opdracht van diverse media (waaronder Volkskrant, Trouw, AD, Binnenlands Bestuur, NOS), landelijke overheden, universiteiten en ngo’s. Als dat zo is, staat het er altijd bij. Wie ook de opdrachtgever is, Ipsos I&O is onafhankelijk en neutraal. We dragen er zorg voor dat de vraagstelling en rapportage neutraal, valide, representatief en betrouwbaar is.
Representativiteit, betrouwbaarheid en nauwkeurigheid
Vaak horen we de vraag : ‘hoe kan dit onderzoek representatief zijn voor alle Nederlanders – 13 miljoen volwassenen – als je maar 2.000 mensen bevraagt?’ Of: ‘hoe groot moet de steekproef eigenlijk zijn, wil die representatief zijn?’ De grootte van de steekproef zegt niets over de representativiteit. Wel over de nauwkeurigheid en betrouwbaarheid. Om dit te begrijpen moeten we iets zeggen over de statistische methoden die we inzetten en de begrippen populatie, steekproef(grootte), representativiteit, betrouwbaarheid en validiteit. Met onderzoek proberen we zo dicht mogelijk bij de waarheid te komen. Dat doen we door middel van steekproeftrekking (omdat we niet de hele populatie kunnen ondervragen) en een enquête. De resultaten van dit onderzoekproces komen zo dicht mogelijk bij de waarheid als onderstaande elementen zo optimaal mogelijk zijn.
- Populatie, steekproef en representativiteit
De populatie is de groep waarover we op basis van het onderzoek uitspraken willen doen. Bijvoorbeeld alle stemgerechtigde Nederlanders (van 18 jaar en ouder). Een steekproef is een selectie (uitsnede) uit deze populatie. Een representatieve steekproef (vaak aangeduid met een kleine letter n) houdt in dat de steekproef een goede afspiegeling is van de populatie (hoofdletter N). Alle relevante elementen in de populatie dienen een even grote kans te krijgen om in de steekproef terecht te komen. Dit wordt ook wel een aselecte steekproef genoemd.
- Betrouwbaarheid
De betrouwbaarheid geeft aan met welke mate van zekerheid men uitspraken kan doen over de gehele populatie op basis van de steekproef. Elke steekproef levert een bepaalde schatting op van het werkelijke percentage in de populatie, met een onder- en bovengrens (het interval). Als we een nieuwe steekproef zouden trekken, levert dit telkens een (iets) andere schatting op, met een bijbehorend interval. In opinieonderzoek wordt veelal een betrouwbaarheidsniveau van 95 procent gehanteerd. Als we het onderzoek 100 keer zouden herhalen – onder dezelfde omstandigheden – dan zou in 95 procent van de gevallen het onderzoek een resultaat opleveren dat overeenkomt met het werkelijke populatiepercentage. Dit betekent dat in 5 procent van de gevallen (één op twintig) een ander resultaat wordt verkregen, dat geen goede inschatting is van het populatiepercentage.
- Nauwkeurigheid
Elk gemeten percentage vormt in feite een schatting van deze werkelijkheid. De nauwkeurigheid geeft aan met welke mate van precisie men deze uitspraken kan doen. De nauwkeurigheid is de grootte van de nauwkeurigheidsmarge; dus de marge waarin met een bepaalde kans de werkelijke waarde van het percentage in de populatie zal liggen.
- Steekproefgrootte
In onze onderzoeken gaan we vaak uit van een netto-steekproef van 2.000 deelnemers. Bij een steekproef van n=2.000 en een uitkomst van 50 procent is er sprake van een nauwkeurigheids- of foutmarge van plus of min 2,2 procent. We zeggen dan dat de uitkomst met een betrouwbaarheid van 95 procent ligt tussen 47,8 en 52,2 procent. Bij een uitkomst van 50 procent is de foutmarge het grootst. Bij andere uitkomsten (bijvoorbeeld 30 of 80 procent) is de foutmarge kleiner. Als we uitspraken doen over deelgroepen binnen de populatie, bijvoorbeeld het percentage voorstanders van hogere energiebelastingen onder woningeigenaren, is de foutmarge groter. Naarmate de steekproef groter is, wordt dus ook de nauwkeurigheid groter.
- Significantie
Significant heeft in de statistiek een specifieke betekenis. Significant betekent: de uitkomst berust (waarschijnlijk) niet op toeval. Dit is een aanwijzing dat er ‘werkelijk iets aan de hand is’. Het toetsen op significantie gebeurt door middel van een statistische toets. Statistisch significant is niet per se hetzelfde als inhoudelijk ‘relevant’ of ‘waardevol’. Of een verschil ook inhoudelijk relevant is, hangt mede af van andere factoren, zoals de grootte van het effect. Bij zeer grote steekproeven (n>5.000) zijn kleine verschillen doorgaans al significant, hoewel ze inhoudelijk minder relevant kunnen zijn.
- Validiteit
De mate waarin je meet wat je wilt meten. Niet-valide resultaten ontstaan indien systematische fouten worden gemaakt: verkeerde steekproeftrekking, een onderzoek naar werktevredenheid op een vacaturesite, een sturende vraagstelling etc.
Steekproefbasis: het I&O Research Panel
Een andere veelgestelde vraag is: wie zijn de mensen die meedoen? Of: waarom wordt mij niets gevraagd?
Bij landelijk opinie- en draagvlakonderzoek trekken we onze steekproeven in het I&O Research Panel. Dit is onze steekproefbasis.
Het I&O Research Panel telt ruim 40.000 actieve panelleden en is ISO 20252-Annex A-gecertificeerd.
Panelleden worden actief door ons geworven via aselecte steekproeven, bijvoorbeeld uit landelijke adressenbestanden.
Het is niet mogelijk je zelf aan te melden, omdat dit zou kunnen leiden tot een selectiebias (alleen in onderzoek geïnteresseerde personen zouden zich aan kunnen melden).
Van onze panelleden is een aantal standaard achtergrondkenmerken bekend, zoals geslacht, leeftijd en postcode. Dit maakt het mogelijk om representatieve steekproeven te trekken of – indien gewenst – een bepaalde selectie voor het onderzoek te benaderen.
Het I&O Research Panel werkt met een spaarprogramma, waarbij deelnemers punten sparen afhankelijk van de lengte en complexiteit van de vragenlijst. Deze punten kunnen later worden ingewisseld voor Bol.com-tegoed of een donatie aan een goed doel.
Door het spaarprogramma zorgen we voor een goede balans tussen enerzijds panelleden die meedoen omdat ze betrokken zijn, en anderzijds panelleden die meedoen omdat ze er wat aan kunnen overhouden. Dit laatste geldt vooral voor jongeren en lagere inkomens. Met deze aanpak realiseren we een nette respons van 50 à 60 procent (afhankelijk van de lengte van de vragenlijst en de veldwerkperiode).
Steekproeftrekking en weging
Aangezien alle relevante elementen in de populatie goed vertegenwoordigd dienen te zijn in de steekproef, zorgen we ervoor dat de verdeling naar geslacht, leeftijd, regio, opleidingsniveau en stemgedrag bij de Tweede Kamerverkiezingen in maart 2021 overeenkomt met de verhoudingen in de Nederlandse samenleving. Hiervoor gebruiken we de laatste cijfers van het CBS (Gouden Standaard genoemd) en de Kiesraad (uitslagen verkiezingen).
Om een netto steekproef van n = 2.000 te realiseren wordt een bruto steekproef van ca. 3.500 personen uit het I&O Research Panel getrokken. Deze mensen krijgen via de mail een uitnodiging en – indien nodig – een herinnering. Ca. 50 à 60 procent doet mee aan het onderzoek (respons).
Daarna worden de onderzoeksresultaten nog eens herwogen op geslacht, leeftijd, regio, opleidingsniveau en stemgedrag bij de Tweede Kamerverkiezingen in maart 2021.
Ook de weging wordt uitgevoerd conform de richtlijnen van de Gouden Standaard (CBS).
Hiermee is de steekproef representatief voor de kiesgerechtigde Nederlandse inwoners (18+), voor wat betreft deze achtergrondkenmerken.
Rolling panel
Bij de zetelpeilingen naar de verkiezingen maken we gebruik van een zogeheten rolling panel. Dit houdt in dat respondenten die deelnamen aan de vorige peiling, ook voor de nieuwe peiling wordt uitgenodigd. Op die manier kunnen we meten welke kiezersstromen plaatsvinden en welke redenen kiezers hebben om van partijvoorkeur te veranderen.