Parkeren in praktijk
Er is nauwelijks een onderwerp dat zoveel discussie oproept als parkeren. Dat is begrijpelijk, omdat het bij parkeren bijna altijd gaat om het zoeken naar een compromis. Vaak ontbreekt de ruimte en het geld om aan alle wensen tegemoet te kunnen komen. Dat maakt een zorgvuldige afweging van belangen noodzakelijk, die gebaseerd is op heldere, duidelijke en vooral objectieve informatie. Dit geldt voor gemeenten, maar ook bijvoorbeeld voor bedrijven of instellingen die parkeergelegenheid op eigen terrein hebben of willen.
Als er sprake is van een parkeerprobleem kan een parkeeronderzoek objectief inzicht geven in de parkeersituatie. Hoe vol staan de parkeerlocaties, wie staan er geparkeerd, hoe lang staan ze geparkeerd, welke plekken en momenten van de week zijn het drukst?
Voor het vaststellen van de parkeerdruk is een kwantitatief parkeeronderzoek nodig, waarbij tellingen worden uitgevoerd. Om inzicht te krijgen in kwalitatieve aspecten van het parkeren is een bezoekersenquête nodig. Voor het bepalen van wijzigingen in de parkeerbehoefte, door bijvoorbeeld uitbreiding of functieverandering, kan gebruik gemaakt worden van parkeerkencijfers, bijvoorbeeld van CROW (kennisplatform voor infrastructuur, verkeer, vervoer en openbare ruimte).
Voor een ziekenhuis heeft I&O Research deze drie onderzoeksstappen gezet. De aanleiding was dat het ziekenhuis een transformatie gaat doormaken waarbij het profiel gewijzigd wordt. In het ziekenhuis ‘nieuwe stijl’ zullen planbare operaties worden uitgevoerd en verder de poliklinieken en een acute zorgpost gevestigd zijn. Deze veranderingen hebben gevolgen voor de behoefte aan parkeerruimte, omdat er meer bezoekers worden verwacht. In de huidige situatie is de beschikbare capaciteit op de piekmomenten nauwelijks of niet voldoende om aan de vraag naar parkeerplaatsen te voldoen.
Uit de tellingen en de enquête onder bezoekers van het ziekenhuis blijkt dat de parkeercapaciteit op de drukste momenten circa 15 procent te laag is. Deze uitkomst komt vrijwel overeen met de berekende benodigde capaciteit, waarbij gebruik wordt gemaakt van parkeerkengetallen. Dit maakt het aannemelijk dat deze kengetallen gebruikt kunnen worden om de benodigde capaciteit te bepalen na de functieverandering. Opvallend is dat de berekening met behulp van kengetallen het parkeren door het personeel ernstig onderschat. Een belangrijke oorzaak is dat een deel van het personeel op verschillende locaties werkt, soms op één dag. Maar ook het ‘normale’ autogebruik ligt hoger dan op basis van de kengetallen verwacht mocht worden.
Dit parkeeronderzoek laat zien dat de combinatie van onderzoeksmethodes een betrouwbaar resultaat opleveren. Het laat ook zien dat het zonder meer gebruiken van kengetallen risico’s met zich mee brengt. Het checken van deze kengetallen in de loop van het onderzoek, om zo betrouwbaarder voorspellingen te kunnen doen is dus een waardevolle aanvulling.