Opvattingen over politieke kwesties: sekse maakt verschil
In Nederland anno 2012 zijn vrouwen nog steeds minder actief in de politiek dan mannen. Zij zijn minder vaak lid van een politieke partij of belangenorganisatie, en als ze lid zijn, zijn ze minder actief. Vrouwen die politiek actief zijn, bekleden ook minder vaak belangrijke functies. Onlangs werd de nieuwe Tweede Kamer geïnstalleerd. Van de 150 kamerzetels wordt een minderheid van 58 bezet door vrouwen.
De oververtegenwoordiging van mannen in de politiek roept de vraag op of mannen dezelfde politieke opvattingen hebben als vrouwen. Als vrouwen en mannen wezenlijk verschillen in opinies over belangrijke kwesties, kan een ondervertegenwoordiging van vrouwen ertoe leiden dat politieke besluiten onvoldoende tegemoet komen aan de wensen en belangen van vrouwen.
In het enquête-onderzoek, dat I&O Research heeft gedaan onder ruim 7000 respondenten in augustus van dit jaar, zijn respondenten stellingen voorgelegd over actuele politieke kwesties. Wij presenteren hier kwesties waarbij vrouwen opmerkelijk andere opvattingen hebben dan mannen.
Sociaaleconomische issues
Vrouwen vinden vaker dan mannen dat de pensioengerechtigde leeftijd 65 moet blijven. Vier van de tien mannen wil hier geen wijziging in (42%), bij vrouwen is dit bijna de helft (48%).
Vrouwen zijn wat minder een voorstander van versoepeling van het ontslagrecht. Drie van de tien mannen (28%) vindt het een goed idee het ontslagrecht te versoepelen, dit aantal bij vrouwen is een kwart (23%).
De hypotheekrente aftrek is geliefder bij vrouwen. 40% van de mannen is het eens met de stelling dat op termijn de hypotheekrente aftrek volledig dient te worden afgeschaft. Vrouwen onderschrijven deze stelling minder vaak (29%).
Een op de vier mannen (24%) vindt het gewenst dat burgers een hogere eigen bijdrage gaan betalen voor kosten van de gezondheidszorg. Van de vrouwen is slechts een op de zeven (15%) hier voorstander van.
Vrouwen maken zich ook meer zorgen over de kosten van de gezondheidszorg: 67% van de vrouwen vindt de kosten van de gezondheidszorg een zeer belangrijk probleem, tegen 59% van de mannen.
Vrouwen zijn vaker voorstander van inkomensnivellering. Bijna de helft van de mannen (46%) is het eens met de stelling dat de inkomensverschillen in Nederland kleiner moeten worden. Bij vrouwen geldt dit voor ruim de helft (56%).
Vrouwen vinden ook vaker dan mannen dat verschillen tussen arm en rijk een zeer belangrijk probleem zijn. Dit vindt 16% van de mannen en 21% van de vrouwen.
Religieus-ethische issues
Vrouwen zijn gemiddeld minder conservatief wat betreft acceptatie van homoseksualiteit. 20% van de vrouwen is het eens met de stelling dat trouwambtenaren mogen weigeren een homohuwelijk te voltrekken. Mannen zijn het hier vaker mee eens (29%).
Duurzaamheid
Bij vrouwen is de weerstand tegen kernenergie groter dan bij mannen. Ruim een derde van de vrouwen (37%) wil dat op termijn alle kerncentrales in Nederland worden gesloten. Van de mannen is ruim een kwart (27%) hier voorstander van.
Europa en ontwikkelingslanden
Mannen hebben gemiddeld een meer pro-Europese houding dan vrouwen. Een op de vijf vrouwen (21%) is voorstander van financiële steun aan economisch zwakke landen van de Europese Unie. Van de mannen is ruim een kwart een voorstander (27%).
Mannen zijn het vaker eens met de stelling dat Nederland bevoegdheden dient af te dragen aan de Europese Unie voor een gezamenlijk financieel en economisch beleid (32%). Slechts een op de vijf vrouwen (19%) deelt deze mening.
Mannen vinden ook vaker dan vrouwen de afnemende steun voor de Europese Unie een belangrijk probleem (respectievelijk 14 en 9%).
Vrouwen daarentegen lijken wat meer affiniteit te hebben met steun aan ontwikkelingslanden. 31% van de mannen vindt bezuinigen op ontwikkelingshulp een slecht idee. Vrouwen vinden dit iets vaker een slecht idee (36%).
Veiligheid en integratie
Vrouwen zijn wat vaker voorstander van bezuinigingen op defensie (53%) dan mannen (48%).
En vrouwen zijn milder wat betreft toelatingseisen voor asielzoekers. 64% van de vrouwen is het eens met de stelling dat asielzoekers aan strengere eisen moeten voldoen om in aanmerking te komen voor een verblijfsvergunning. Mannen onderschrijven deze stelling vaker (72%).
Vrouwen vinden minder vaak dat immigratie een zeer groot probleem is (9%). Van de mannen vindt 14% immigratie een zeer urgent probleem.
Samenvatting en conclusie
De enquête van I&O Research laat zien dat mannen en vrouwen verschillen in standpunten op beleidskwesties die actueel zijn in de politiek. Vrouwen zijn meestal linkser dan mannen als het gaat om sociaaleconomische onderwerpen, duurzaamheid, ontwikkelingshulp, acceptatie van homo’s en veiligheid en integratie. Vrouwen zijn conservatiever op het gebied van Europese integratie en economische modernisering (verhogen van de pensioengerechtigde leeftijd, veranderen van de hypotheekrente aftrek, versoepeling van ontslagrecht).
Als we willen dat politieke besluiten een goede afspiegeling zijn van de wensen van de bevolking, is het belangrijk dat vrouwen in dezelfde mate gaan deelnemen aan de politiek als mannen. Doen zij dit niet, dan vergroot dit de kans dat hun opinies niet goed worden vertegenwoordigd door politici en bestuurders.