Meer banen ondanks coronacrisis
Per 1 april 2021 lag de werkgelegenheid in Nederland 1,3 procent hoger dan op 1 april 2020. Door deze toename komt de totale werkgelegenheid in Nederland uit op ruim 9,1 miljoen banen. Deze groei is groter dan in het voorgaande jaar, ondanks de vooraf verwachte gevolgen van de coronacrisis. Alleen de horeca liet een forse daling van het aantal banen zien. Het aantal vestigingen nam tussen 1 april 2020 en 1 april 2021 toe met ruim 82.000, een groeipercentage van 4,6 procent.
Dit blijkt uit cijfers van LISA, het landelijk databestand met gegevens over alle vestigingen in Nederland waar betaalde arbeid wordt verricht. Samenvoeging van de gegevens, de kwaliteitsborging en publicatie van de cijfers wordt verzorgd door de Stichting LISA. Met het onderzoek is de 26e jaargang voltooid. Dit maakt LISA een unieke datareeks van ruim een kwart eeuw aan landelijke werkgelegenheidsinformatie op vestigingsniveau.
Werkgelegenheid en de coronacrisis
Vanaf maart 2020 kreeg Nederland te maken met vergaande maatregelen om de verspreiding van het coronavirus in te dammen. Voor sommige bedrijven betekende dit dat zij hun activiteiten moesten stopzetten of aanpassen. Op de peildatum van 1 april 2020 was de impact van de coronacrisis op de werkgelegenheid nog beperkt. Wel werd in sommige sectoren (kortlopende) dienstverbanden van uitzendkrachten stopgezet (bijvoorbeeld in de schoonmaakbranche en horeca) en werd minder gebruik gemaakt van oproepkrachten. De verwachting was dat de langdurige beperkende maatregelen gevolgen zouden hebben voor de werkgelegenheid. In de loop van het jaar werd duidelijk dat de regelingen van de overheid om bedrijven te ondersteunen effectief waren in het behoud van werkgelegenheid in veel sectoren. Er zijn sectoren waar de arbeidsinzet gemeten in uren wel gedaald is, het totaal aantal banen echter is een jaar na het begin van de coronacrisis niet gedaald maar juist toegenomen.
Banengroei toegenomen
Het aantal banen per 1 april 2021 bedroeg ruim 9.105.000. Dit zijn er bijna 118.000 meer dan in april 2020, een groei van 1,3 procent (zie figuur 1). Deze groei is minder groot dan in de periode 2015-2019 (met groeicijfers tussen de 1,4 en 2,6 procent) maar groter dan in 2020 (+0,8 procent).
Al jaren neemt het aantal vestigingen sterker toe dan het aantal banen. Ook in 2021 is dat zichtbaar: de groei van het aantal vestigingen tussen 2020 en 2021 bedroeg 4,6 procent, een toename van ruim 82.000 vestigingen. Het totale aantal vestigingen komt uit op bijna 1,9 miljoen in 2021.
De toename van het aantal vestigingen is voor 90 procent afkomstig van vestigingen met 1 werkzame persoon. Het aandeel van deze groep vestigingen is met 1,2 procentpunt gestegen naar 74,5 procent. Dit betekent dat driekwart van alle vestigingen bestaat uit eenmanszaken, ZZP’ers, freelancers en kleine zelfstandigen. Deze groep is goed voor 17 procent van de totale werkgelegenheid.
Zorg, handel, bouw en onderwijs groeien, forse krimp in horeca
Figuur 2 toont de ontwikkeling van het aantal banen per sector. De grootste groei in absolute zin is te vinden bij de zorg. In deze sector nam het aantal banen toe met bijna 41.000, de grootste groei sinds 2009. Hoewel de zorg ook in de afgelopen jaren flink groeide, is nu ook een effect van de coronacrisis zichtbaar: de bedrijfsklasse waar onder andere GGD’s in vallen groeide met ruim 4.700 banen (+21,5%). Bij de GGD’s is een grote groei aan uitzendkrachten geweest voor de werkzaamheden op test- en vaccinatielocaties.
Ook in de handel nam het aantal banen toe, met ruim 23.500 banen. Deze groei is grotendeels afkomstig van werkgelegenheid bij webwinkels en supermarkten. Bij winkels voor mode daalde het aantal banen.
Net als vorig jaar valt de ontwikkeling in het onderwijs op. Het aantal banen in deze sector nam tussen 2020 en 2021 toe met 3,1 procent, iets sterker dan in 2020 en 2019 (+2,8%). Een groot deel van deze groei is te vinden in het hoger onderwijs (ruim 5.000 banen) en in de categorie met huiswerkbegeleiding/remedial teaching en diverse soorten coaching (4.500 banen).
Volledig overzicht
Lees meer over de verschillen tussen sectoren en regio’s in het hele persbericht.
Met dit onderzoek is de 26e jaargang voltooid. Dit maakt LISA een unieke datareeks van een kwart eeuw aan landelijke werkgelegenheidsinformatie op vestigingsniveau.
I&O Research is intensief betrokken bij de totstandkoming van LISA-materiaal. In de eerste plaats ondersteunen wij de Stichting LISA bij het ontsluiten van gegevens en adviseren wij afnemers over het gebruik van de data. Daarnaast maakt I&O Research gebruik van LISA-data voor analyses naar arbeidsmarkt, bedrijvendynamiek en omzetcijfers. Hiermee helpen wij diverse gemeentes en provincies met het opstellen van gedegen economisch beleid.
Robert Nordeman
Onderzoeker
Gerben Huijgen
Algemeen directeur