KNMI weerwaarschuwingen bij de meeste mensen bekend

De meeste Nederlanders krijgen de weerwaarschuwingen mee. Zeven op de tien  Nederlanders  (72%) gaven in 2024 aan het zeker te weten als er een weerwaarschuwing was afgegeven in de eigen provincie. Negentien procent dacht dat er een waarschuwing was, maar wist het niet zeker. Negen procent had de waarschuwing volledig gemist.

De weerwaarschuwing met de laagste bekendheid betrof code oranje voor zware onweersbuien op 24 augustus. Zes op de tien Nederlanders (61%) wisten zeker dat deze waarschuwing was afgegeven. De weerwaarschuwingen op 9 juli (code oranje voor onweersbuien) en 27 november (code oranje voor zeer zware windstoten door storm Conall) hadden het grootste bereik: 82 procent wist zeker dat men hierover gehoord had.

Het feit dat het het KNMI is dat de weerwaarschuwing afgeeft is bekend bij acht op de tien respondenten (82%, Figuur 1), bij de weerwaarschuwing van 11 januari 2024 voor gladheid door ijzel dacht men relatief vaak dat Rijkswaterstaat de weerwaarschuwingen afgaf (7%).

Figuur 1 – Wie geeft de weerwaarschuwingen af? (Enkel de meest genoemde antwoorden KNMI, Een weerman of- vrouw van televisie en Rijkswaterstaat)

Weerwaarschuwingen scoren ruim voldoende

Men waardeert de weerwaarschuwingen zoals die op knmi.nl gepresenteerd worden gemiddeld met een 7,5. Storm Conall kreeg gemiddeld een 7,9, dit is hoger dan de andere weerwaarschuwingen (Figuur 2). Mogelijk speelt hierin mee dat deze waarschuwing vaker passend en minder vaak overdreven werd gevonden dan de andere weerwaarschuwingen (Figuur 3). De waarschuwing op 24 augustus (code oranje voor zware onweersbuien) werd met een 7,3 het laagst beoordeeld.

Figuur 2 – Gemiddeld cijfer voor het (algemene) bericht van de weerswaarschuwing
(men kreeg een afbeelding van de weerwaarschuwing te zien zoals deze op knmi.nl is gedeeld)

Twee derde vindt afgegeven codes passend bij omstandigheden, kwart vindt waarschuwingen overdreven

Twee derde van de Nederlanders (68%) vond code oranje passend bij de weersomstandigheden. Een kwart (24%) vond de waarschuwingen overdreven. Bij storm Conall vond 79 procent de waarschuwing passend, het hoogste percentage van alle gepeilde weerwaarschuwingen. Vijftien procent vond deze waarschuwing overdreven.

Figuur 3 – Gezien het weer werd op [datum] een weerwaarschuwing afgegeven met code oranje/rood. Wat vindt u daarvan?

Uit de peilingen blijkt verder dat 65-plussers de waarschuwingen vaker passend vonden dan andere leeftijdsgroepen. Mensen tot 40 jaar vonden de waarschuwingen juist vaker overdreven.

Waarschuwingen over het algemeen op juiste moment afgegeven

Een ruime meerderheid (68%) vindt dat de weerwaarschuwingen op het juiste moment worden afgegeven. Eén procent vindt dat de waarschuwingen te vroeg gegeven worden, terwijl 3 procent de afgifte te laat vindt.

Over het moment van afgifte van de waarschuwing van 9 juli (code oranje voor zware onweersbuien) was men minder tevreden dan bij de andere waarschuwingen: 56 procent vond het moment passend.

Onderzoeksverantwoording

In opdracht van het Koninklijk Nederlands Meteorologisch Instituut (KNMI) voert Ipsos I&O flitspeilingen bij weerwaarschuwingen met kleurcode oranje of rood uit. Binnen één dag na afgifte van de weerwaarschuwing bevraagt Ipsos I&O een groep van ongeveer 1.000 Nederlanders uit het gebied waar de weerwaarschuwing is afgegeven over het weer en de waarschuwing. De deelnemers zijn afkomstig uit het I&O Research Panel. De resultaten zijn gewogen naar leeftijd, geslacht, regio en opleidingsniveau. Daarmee zijn de resultaten representatief voor deze kenmerken.