I&O zetelpeiling: BBB blijft (virtueel) de grootste
Als er nu Tweede Kamerverkiezingen zouden plaatsvinden, zou de BBB met 28 zetels de grootste worden. VVD volgt daarna met 22 zetels. Ten opzichte van vorige maand treden er geen grote verschillen op behalve dat PvdD vier zetels verliest, terwijl zij in mei juist een groei van drie zetels doormaakte. De partij van Esther Ouwehand blijft daarmee jojoën tussen de acht en twaalf zetels. Nog altijd meer dan het huidige zetelaantal (zes). Waarom PvdD op en neer blijft gaan kunnen we niet goed verklaren.
De coalitiepartijen komen gezamenlijk opnieuw op 43 zetels. Dat betekent dat de regeringspartners in totaal 35 zetels verliezen ten opzichte van de huidige zetelverdeling. Naast VVD (-12), D66 (-14) en CDA (-9) verliezen ook FvD (-4) en PVV (-5) ruim. Afgezien van BBB en PvdD staan ook JA21, Volt en GroenLinks op winst ten opzichte van maart 2021.
Een derde heeft BBB in keuzeset
Onderstaande figuur toont het totale electorale potentieel van de partijen op dit moment.
Zo zien we bijvoorbeeld dat vijf procent van de Nederlandse kiezers zeker is van een stem op de VVD, waarmee de liberalen het hoogste percentage zekere stemmen hebben. Dit is in het blauw aangegeven. In het groen is het percentage aangegeven dat nu een voorkeur heeft voor deze partij maar ook nog andere partijen overweegt. Als we ons weer richten op de VVD geldt dit voor acht procent van het totale electoraat. Het rode balkje verwijst naar het percentage kiezers dat een andere partij prefereert maar ook deze partij overweegt. Voor de VVD is dat 11 procent.
Maar liefst dertien procent prefereert BBB en heeft ook nog andere partijen in zijn of haar keuzeset heeft, terwijl vier procent zeker is van een BBB-stem. Zestien procent van de kiezers heeft nu een andere voorkeur dan BBB, maar zou ook op de partij van Van der Plas kunnen uitkomen. Hiermee is het totale electorale potentieel van BBB (het deel van het totale electoraat dat eventueel BBB zou kunnen stemmen) 32 procent. VVD en GroenLinks volgen daarna met 24 procent. In het geval van GroenLinks zijn dit overwegend kiezers die nu een andere links-progressieve voorkeur hebben en weinig zogeheten ‘zekere’ en ‘onzekere kiezers’.
BBB ondanks ruime winst op licht verlies ten opzichte van maart
De BoerBurgerBeweging staat op een virtuele winst van 27 zetels als we vergelijken met de Tweede Kamerverkiezingen van 2021. De BBB slaagt erin kiezers te trekken vanuit de rechterflank (PVV, FvD, JA21), coalitiepartijen (VVD, CDA, CU) en de SP. Kiezers die zijn overgestapt naar BBB noemen nog altijd de welbekende motieven. Zij zien BBB, en leider Van der Plas in het bijzonder, als no-nonsense en duidelijk. Daarnaast prijst men het standpunt van BBB omtrent boeren en stikstof.
Toch zien we dat BBB enige steun verliest ten opzichte van de Provinciale Statenverkiezingen van afgelopen maart. Toen haalde de partij 19,2 procent van de totale stemmen. Nu heeft 17,5 procent van de kiezers met een stemvoorkeur een voorkeur voor BBB.
Switchende kiezers zeggen vaak dat hun PS-stem op BBB strategisch was (of juist een protest) en ze nog niet het idee hebben dat BBB genoeg in huis heeft om ook landelijk de touwtjes in handen te hebben. Anderen vinden dat BBB buiten het stikstofvraagstuk onvoldoende duidelijk maakt waar ze voor staat. Zo pleiten kiezers die nu voor PVV opteren voor een duidelijker standpunt omtrent immigratie.
Driekwart ontevreden met kabinet
Drie op vier (75%) kiezers zijn nu ontevreden met het kabinet. Net zoveel als vorige maand. Een vijfde (20%) geeft aan wél tevreden te zijn.
Onderzoeksverantwoording
Dit onderzoek vond plaats van vrijdag 9 juni tot maandag 12 juni. I&O Research voerde dit onderzoek uit op eigen initiatief. Er is geen opdrachtgever. In totaal namen 2.364 respondenten mee aan het onderzoek.
Het grootste deel van de steekproef (n=2.157) is afkomstig het I&O Research Panel, 207 respondenten deden mee via PanelClix. De respondenten die via PanelClix deelnemen zijn allen Nederlanders met een niet-westerse migratieachtergrond.
De onderzoeksresultaten zijn gewogen op geslacht, leeftijd, regio, opleidingsniveau en stemgedrag bij de Tweede Kamerverkiezingen in maart 2021. De weging is uitgevoerd conform de richtlijnen van de Gouden Standaard. Hiermee is de steekproef representatief voor de kiesgerechtigde Nederlandse inwoners (18+), voor wat betreft deze achtergrondkenmerken.
Asher van der Schelde
Onderzoeker
Peter Kanne
Senior onderzoeksadviseur